Home Hoogbegaafd Herkenning Testen HB thuis Sociaal leven HB op school Probleemkinderen? Adresboek FAQ Goed voor een glimlach Literatuur
Hoogbegaafd
Omschrijving
Met hoeveel zijn ze?
Definities in literatuur
Anders "zijn"
Asynchrone ontwikkeling
Omgeving
Discussies over "hoogbegaafd" als term
 
Anders "zijn"
Hoogbegaafdheid is niet alleen een hoog IQ hebben, en dat (als alles goed gaat tenminste) op een creatieve manier te gebruiken om prestaties neer te zetten die misschien wel bijzonder zijn.

Hoogbegaafd zijn, betekent ook een geheel eigen manier van "zijn". Moeilijk aan anderen uit te leggen is dat, maar als je hoogbegaafde kinderen, die toch onderling heel verschillend zijn vaak, dagdagelijks ziet functioneren, begrijp je al snel wat er wordt bedoeld.

Sommige ouders herkennen aan dat zijnsgegeven van hoogbegaafde kinderen trouwens kinderen van anderen als HB. N. Vertelt: "Ik schijn een zesde zintuig te hebben voor die kinderen, en mijn dochter ook. Ze kiest die kinderen niet altijd als speelkameraadjes, want karakters verschillen toch ook sterk, maar ze heeft wel vaak snel in de gaten dat een ander kind van haar groep op school, of elders, "het" ook is, en dat zonder echt te letten op het schoolse "kunnen", want bijvoorbeeld in de scoutsgroep waar ze gaat speelt dat helemaal niet. Vaak blijkt dan achteraf uit gesprekken met de ouders dat ze het juist had, en dat andere kind ook hoogbegaafd is. Ik heb hetzelfde: die kinderen vallen me gewoon op, door heel hun manier van zijn".

Waarover gaat het hier?

Tessa Kieboom van CBO Antwerpen somt enkele opvallende kenmerken van hoogbegaafden op:

  • perfectionisme
  • diep doordenken
  • sterk in communicatie
  • zeer groot gevoel voor rechtvaardigheid

Plaats dat alles in een omgeving die niet begrijpend is, en je hebt de poppen aan het dansen. Vaak zijn hoogbegaafde kinderen ook nog eens erg sensitief, wat maakt dat ongevoelige opmerkingen van anderen soms heel zwaar aankomen.

Het gaat er dus om, elk kind de poster die hiernaast wordt weergegeven te helpen waarmaken. Iets wat makkelijker gezegd is dan gedaan.

Maar misschien kunnen we op deze pagina wel enkele tips geven.

 

De anderen: l'enfer, c'est les autres? of "Lang leve de boeiende verschillen"!

Vooreerst moeten we ons bewust zijn van de soms negatieve of dwingende reacties van anderen op iemand die verschilt van de groep.

Het lijkt wel een menselijk gegeven, dat we steeds verschillen tussen onszelf en een ander moeten gaan klasseren in de zin van "beter", of "minder goed". Vermits hoogbegaafden een minderheid zijn, lopen ze meer dan anderen het risico "afgewogen en te licht/raar/afwijkend" bevonden te worden.

Dit is iets om mee om te leren gaan. Een kind moet leren dat het zich niet in het defensief mag laten plaatsen door de druk die van de groep uitgaat tot conformeren. Want op sommige vlakken KAN je kind zich niet blijven aanpassen, zonder fundamenteel aan zijn/haar eigenheid te verzaken. Op andere vlakken kan het dan wel meer leren zichzelf aan te passen aan de situatie of aan de omgeving. Maar de "rek" in het aanpassen blijft beperkt.

Hou daarom zelf maat: laat je kind niet te hard in de wind plaatsen, maar ga ook niet overbeschermen: beide situaties beletten je kind de sociale vaardigheden te ontwikkelen die het nodig heeft, want daarvoor heeft het "oefening" nodig met andere kinderen, in een veilige omgeving.

 

"Ik ben een rare"? of "Ik ben mezelf"!

Verder is het kind er zich ZELF ook van bewust, dat het "anders" is. De grote uitdaging voor ouders en andere opvoeders is proberen te vermijden dat het kind dat "anders" als niet leuk, als minder, of zelfs als slecht gaat zien. Eigenlijk moeten we onze kinderen leren dat ze die hoogbegaafdheid proberen te zien als een extraatje dat mooi meegenomen is. Daar zijn omgevingen voor nodig die respect betonen voor de eigenheid van hoogbegaafde kinderen, en ze helpen omgaan met hun bijzondere trekjes.

 

Ouders en ander opvoeders geven het voorbeeld!

De beste manier is voor jezelf een positieve houding aan te nemen over dat anders zijn. Je kan wel blijven zeuren over de nadelen (die er best wel zijn), maar bedenk wel: als jij de voordelen nog niet ziet, hoe zal je kind dan ooit dat anders zijn aanvaarden? Een bijzonder kind hebben, betekent ook: een bijzonder kind WILLEN hebben. Zodat jij tenminste kunt overdragen op je kind dat er best wel mooie kanten zijn aan hoogbegaafdheid.

 

Koester daarom ook de leerkrachten, vrienden en bekenden die het geweldig vinden dat je kind functioneert zoals het is. Aan deze mensen ontleent je kind zijn eigenwaarde die het nodig heeft om te kunnen omgaan met mensen die minder opgezet zijn met zijn/haar intelligentie en manier van functioneren.

 

Diep doordenken: enkele beschouwingen.

Het lijkt een leuk ding, en dat is het ook: een kind dat diep over alles nadenkt. Je kind ziet méér dan de gebruikelijke oppervlakkige eigenschappen van een dier ("jaja, het is een vogel, maar welke vogel papa? En hoe ziet zijn nest eruit? En waarom?, en..."). Je kind gaat misschien extra voorzichtig om met nieuwe situaties omdat het vaak naast de observatie van heel de omgeving met een heleboel details, direct ook de mogelijke risico's en gevaren ziet ("ik ga op dat klimtuig pas op als ik zie dat iemand die even groot is als ik, er ook af geraakt").

Doorvragen en voorzichtig zijn: eigenlijk is dat allemaal geen ramp.

Maar dat diep doordenken kan ook soms blokkerend werken. "Die koprol zou ik misschien wel kunnen, maar wat als ik van die mat aftuimel en op die harde vloer bots met mijn hoofd?" (opgelost bij F. door de mat dwars te leggen en veiligheid te scheppen rond die koprol, oefenen op een grotere mat kan soms ook helpen). Het kan ook beangstigend zijn voor een kind, zo ver na te denken. Typisch voorbeeld is de dakwerker. Een gewoon kind vindt het wellicht geweldig boeiend om zien: zo iemand in een dakgoot. Een erg sensitief kind (en dat zijn HB kinderen vaak) ziet dadelijk ook de gevaren ("Wat als die man naar beneden valt?"), en zou zelfs angstig kunnen worden.

Rol van de opvoeders:

  • Probeer steeds te erkennen dat je kind zo ver nadenkt, en ridiculiseer zeker de angsten niet. Probeer veiligheid te scheppen, probeer het kind nieuwe situaties die misschien lastig zijn, stap voor stap te laten nemen. Misschien is verwijzen naar andere situaties die bekend zijn, of waar het toch ook goed ging, soms wel een goede zaak.
  • Zorg dat anderen die met je kind omgaan, weten dat je kind geen "flauwe" is, maar dat het gewoon erg ver nadenkt. Zo kunnen zij ook voldoende veiligheid bieden om je kind te helpen om te gaan met de wereld die het soms overweldigt.
  • Ga in op de "verre" redeneringen en gedachtenkronkels, je kind zal zich er aanvaard en begrepen door voelen. (maak wel het onderscheid tussen een kind dat zich een beetje aanstelt om aandacht of zijn/haar zin te krijgen, bv als het net moet gaan slapen en geen zin heeft, en echte vragen en redeneringen die een antwoord behoeven)

 

Zijnsgegevens: beschrijving en risico's

Perfectionisme bij een hoogbegaafd kind betekent: het kind legt zijn/haar lat hoog. Soms te hoog. Het is een uitdaging voor opvoeders de kinderen te helpen hun doelen realistisch te leggen, zonder daarom het vertrouwen van het kind te verliezen.

Valkuilen van perfectionisme: blokkering (“het is toch nooit zoals ik het wil), workaholic gedrag (alles moet perfect zijn, ik werk er toch genoeg voor), verlies van vertrouwen in volwassenen (“waarom vindt de juf dat goed, je ziet toch zo dat deze tekening in niets lijkt op het echte voorwerp?”)

Doordenken: de kinderen denken veel verder door dan een ander kind. Ze blijven vragen, ze blijven doorgaan, het associëren en redeneren lijkt een nauwelijks te stoppen stroom als iets hun interesse wegdraagt.

Valkuilen van doordenken: Het doordenken kan leiden tot angsten. Dit wordt wel eens (onterecht) beschreven als sociaal-emotioneel zwak zijn (wat het dus niet is). Omdat deze kinderen door het door-denken vaak sneller gevaren zien dan een ander kind, of ze op zaken stuiten waar ze emotioneel, gezien hun leeftijd en ervaring, gewoon nog niet aan toe zijn, reageren ze angstig. Het is dus geen kwestie van sociaal-emotioneel nog niet genoeg ontwikkeld zijn (of achter zijn op leeftijdsgenootjes), maar eerder een kwestie van verwerking van gedachten die veel verder gaan dan bij een gewoon kind. (zie ook: asynchrone ontwikkeling)

Sterk in communicatie/taalvaardig: vroeg ontwikkeld, rijk taalgebruik komt vaak voor bij hoogbegaafde kinderen. Zij zijn vaak verbaal heel sterk, iets wat al in de kleuterschool opvalt.

Valkuil van die taalvaardigheid: zo lang een heel klein kind ad rem en vlot spreekt, vindt iedereen dat “schattig”. Aandacht dient te worden gegeven aan het leren weten HOE zaken op een aanvaardbare manier worden gezegd, zodat het kind als jongere en volwassene niet arrogant en bot zal overkomen. Naast wat wordt gezegd, is de manier waarop iets wordt gezegd ook van groot belang.

Sterk rechtvaardigheidsgevoel: Hoogbegaafde kinderen gaan vaak erg op in zaken die ze niet “juist” en “logisch” vinden. Ze durven wel eens iets te snel hun oordeel klaar te hebben, en nemen het vaak op voor zwakkeren, en mensen of toestanden die ze als behartigenswaardig beschouwen.

Valkuilen: zich verliezen in een verloren zaak, overkomen als eeuwige dwarsligger, gebruikt worden als sociale stormram.
Let erop dat niet iedereen je kind voor zijn/haar kar gaat spannen om de kolen uit het vuur te halen. Toon ook begrip voor de pijn van een kind dat iets onrechtvaardig vindt, waar anderen misschien hun schouders voor ophalen. De pijn is immers, voor dat kind, een realiteit.

En tenslotte: Anders zijn trekt aandacht.

Een niet onbelangrijk aspect aan hoogbegaafdheid is hoe anderen tegen je kind aankijken en hoe ze reageren. Een beetje anders zijn, anders reageren, trekt aandacht. Mensen gaan soms niet erg tactvol om met het bijzondere aan je kind. Ook daar zal het moeten leren mee leven, en dat is niet altijd gemakkelijk. Denk er goed aan dat je kind dingen kan tegenkomen als

  • Nieuwsgierige vragen "ben jij soms hoogbegaafd of zo?" - dat kan zelfs neutraal bedoeld zijn, maar soms is er ook dat smalende toontje van "jij denkt toch niet slimmer (bijgedachte: en dus "beter") dan een ander te zijn of zo?" (een gevat antwoord is dan: "ja, ik ben slim, weet jij dat nu pas?")
  • Ouders vergelijken ook veel, soms omdat ze een punt willen maken. Men informeert schijnbaar belangstellend naar je kind, waarna een opsomming volgt van wat het eigen kind, of een kind "van horen zeggen", beter kan (en dat is ook soms zo, niet elk hoogbegaafd kind presteert op alle vlakken sterker dan een ander kind)
  • Vergeleken worden (en op de lip gezeten worden): ouders zijn daar sterk in, maar ook leerkrachten of andere kinderen. En familieleden, pas op bij familiefeestjes...Er zijn veel mensen die lijstjes lijken bij te houden van wat welk kind kan. Zulke zaken zijn soms erg belastend, want je kind wil misschien op alle vlakken even "goed" zijn.
YW

© www.hoogbegaafdvlaanderen.be | Email : info@hoogbegaafdvlaanderen.be